woensdag 28 mei 2008

Norwegian Mood

Deze en volgende week zitten stampvol met negen voordrachten. En tussendoor drie dagen congres over research in palliatieve zorg in Trondheim, Noorwegen. Tussen-ervan-door dus. Norwegian mood. Daarvoor moet ik straks om kwart voor vijf opstaan. Daardoor lijkt mijn leven nog wat drukker dan anders, want deze weken moet er ook nog gezorgd worden voor patiënten. Eigen schuld, dikke bult zal men zeggen. Geen nood aan medelijden. Bovendien, hoeveel niet-religieuzen, werkende huismoeders bijvoorbeeld, hebben ook niet een bijzonder druk programma, zij het wat anders ingevuld dan het mijne? Het punt is hoe ik die drukte beleef.

Wat me hindert bij mezelf is dat ik dit nog teveel heb aangekondigd in de voorbije weken en dagen aan mijn directe omgeving - en nu dan nog via mijn blog... Langs de ene kant heb ik dat vermelden van het drukke programma nodig, als het ware om mijn aanloop te kunnen nemen om de 'negensprong' van deze weken goed te springen. Reculer pour mieux sauter. Anderzijds veroorzaakt die vermelding weer extra drukte en aandacht voor mijn persoontje. Mag het wat bescheidener? Ja, dat is zelfs goed voor mijn eigen rust. Waar haal ik dan mijn rust en energie? Als ik aandachtig ben voor wat zich tussen de bedrijven door aanbiedt merk ik de momenten waar ik als het ware in het oog van de storm mag verblijven: een rit in de auto, het moment dat ik de deelnemers aan een workshop aan het werk heb gezet en geniet van hun onderlinge discussies, de uitzonderlijke ervaring dat ik al rond zes uur in mijn Leuvens communiteit thuiskom omdat twee voordrachten 's namiddags in Leuven plaats hadden, de kennismaking met enkele klinische farmacologen, het mogen spreken voor dezelfde apothekers over medicatie en... over communicatie en spiritualiteit. En nu zelfs een tripje naar Trondheim. Nooit geweest. Norwegian Wood was een van de eerste Beatle-nummers met sitar. Klonk wat exotisch. Op naar de noorderse korte nachten. Norwegian Mood.

dinsdag 20 mei 2008

voorbereid, onvoorbereid

Omdat iedereen zich verwacht had aan monsterfiles, had ook ik mijn voorzorgen genomen om vandaag tijdig in Wemmel een workshop spiritualiteit te kunnen geven. Op de vooravond was ik gaan slapen in Brussel in een ander huis van de jezuïeten. Deze morgen dan vroeg op.... Groot was mijn verbazing, zeg maar ontnuchtering toen ik in Wemmel een brug over de Grote Ring overstak en merkte dat er helemaal geen file stond. Blijkbaar hadden vele duizenden hun voorzorgen genomen. Mijn voorbereidingen bleken nodeloos, of moet ik zeggen dat ons aller voorbereidingen tot een paradoxaal resultaat leidden?

Tegelijk gebeuren er dingen waar niemand op voorbereid is. De onverwachte dood van een jong mens. Stilte. Stilte als van een leeg huis waar je alleen binnentreedt. De stilte van respect voor wie hierdoor getroffen wordt. De stilte van geen woorden. De stilte van wachten op wie niet meer komt. De stilte na de schok, bang voor de naschokken. De stilte van niet kunnen meeleven met wie het meemaakt, maar toch willen meeleven. De stilte van dan maar proberen te bidden.

zaterdag 17 mei 2008

Medicijn zijn

Vandaag heb ik een workshop voorbereid voor een europees congres van klinische farmacologen - zeg maar apothekers die op de ziekenafdeling met artsen meewerken. Welke medicijnen gebruiken in de palliatieve fase van een kankerproces? Farmacologisch ben ik helemaal geen kei, maar toch is het fijn iets van vijftien jaar praktische wijsheid met morfine en andere lijdensverzachters te kunnen delen. Het leuke is bovendien dat de organisatie mij vroeg om op dat zelfde congres ook iets over communicatie met kankerpatiënten te vertellen. Het vogeltje zal zingen zoals het gebekt is en zal dit doen vanuit een spirituele invalshoek. Eigenlijk hebben we het dan over de persoon van de zorgverlener als medicijn.

Hoe onze persoon helend medicijn wordt, is natuurlijk het steeds voorlopige eindproduct van een gans levensproces met veel fasen, complicaties en aspecten. Wat me daarin met de jaren belangrijker lijkt te worden is dankbaarheid. Daar hadden we het deze avond over in een vriendengroep die sinds een pelgrimstocht in 1991 maandelijks bijeenkomt. Dankbaarheid is zoveel meer en zo anders dan etiquette en beleefdheid. Dankbaarheid is ondermeer een antidotum, een tegengif dat je bewust jezelf toedient op momenten van dreigende verbittering, van verzinken in een vicieuze cirkel van zwarte gedachten en verwijten. De economisering, juridisering en regularisering van ons leven, vooral van ons werkmilieu, is momenteel een belangrijke oorzaak van verzuring en verbittering. Dankbaar proberen te kijken naar wat je daarin niettemin ook gegeven wordt aan mogelijkheden is je zo'n tegengif toedienen. Het werkt niet altijd, maar soms heel goed. Een boeddhistisch monnik zou zeggen: het helpt 'de tijger in jezelf te temmen'.

Je kan overigens ook proberen 'preventief' - als het goed gaat - dankbaar te zijn. Al gevaccineerd?

donderdag 15 mei 2008

Justine, c'est fini

Op 14 mei heeft ze medegedeeld dat ze afscheid neemt van het professioneel tennis. Ik heb er mij altijd over verwonderd dat ik mij zo kan identificeren met een sportpersoonlijkheid. Hoe is het mogelijk dat ik mij wat ‘dépri’ kon voelen op dagen dat Justine Henin een belangrijke match verloor? Belachelijk lijkt het wel, als je denkt aan de echte ellende die in de wereld bestaat maar die me niet noodzakelijk zo dépri maakt. Wat zegt het over mij dat ik betekenis hecht aan haar sportverhaal? Justine, wie zegt gij dat ik ben?

En ik ben blijkbaar niet alleen. Hoevelen maakt Tommeke Boonen niet blij als hij nog eens Parijs-Roubaix wint? En wanneer was Luik nog eens een zo vurig stede als toen Standard kampioen werd? En hoevelen zullen zich nu toch dankbaar weten voor de carrière van Justine Henin: de emoties, de thrillers, de fenomenale backhands, la petite belge die de grote Amerikanen versloeg, geen agressief gekreun maar stijlvolle wilskracht?

Het stoppen zou iets te maken hebben met het worstelen met haar identiteit. La reine de la terre battue, battue par elle-même? Tennismachine? Dochter van een te vroeg gestorven moeder? Verloren en teruggevonden dochter van haar vader? Gescheiden vrouw? Op zoek naar zichzelf, naar het essentiële, naar de liefde?

Op diezelfde woensdag bereidden we met een groep zomerse bezinningsdagen voor families voor. En jawel, het thema draait deze keer rond identiteit. Wie ben ik werkelijk? Die identiteit vinden we in relatie met de ander, en daar hebben we toch enige keuzevrijheid in. Welke voorbeelden, spiegelbeelden kiezen we ons, naast Justine natuurlijk? Die ander dat kan bijvoorbeeld een bijbels figuur zijn die ons aanspreekt, of tegenspreekt. Keuze zat! ‘Wie zegt gij dat Ik ben?’ vraagt Jezus aan Petrus. Uit de betekenis(sen) die ik geef aan Christus put ik mijn identiteit; in datgene waarin Hij mij aanspreekt herken ik mijn dieper verlangen. Zo vind ik het heel inspirerend dat Hij iemand is die enerzijds erg actief is en anderzijds steeds weer probeert zich terug te trekken om zichzelf en zijn Abba te vinden.
Die evangelische beelden bekijk en herbekijk ik graag,innerlijk. Maar toegegeven, wat hebben we ook genoten van het tennistieke genie van Justine. Merci. ‘Allez’!

dinsdag 13 mei 2008

Het evangelie volgens mij

Het idee om een blog te starten kwam er in het zog van de publicatie van een boek waarin ik een aantal overwegingen ofte homilies heb verzameld die ik in de loop van de jaren heb gemaakt. Daarin heb ik steeds geprobeerd de brug te maken tussen actuele levenservaringen en het 'verre' verhaal van de evangelies. Uit die pendelbeweging ontstond 'Het evangelie volgens mij'. Meer hierover op de website van Lannoo: http://www.lannoo.be/content/lannoo/wbnl/listview/1/index.jsp?auteurcode=620
Maar misschien zijn boeken en lange homilies wat uit de tijd, en moet het meer komen van korte gedachten en pendelbewegingetjes via een blog.

Deze avond sprak ik nogmaals over euthanasie voor een parochiegemeenschap en iemand vroeg me of er een verschil is tussen gelovigen en niet-gelovigen. Ik heb in elk geval al gelovigen ontmoet die euthanasie laten uitvoeren. Maar misschien is de eerste vraag niet of gelovigen al dan niet euthanasie laten doen, net zoals ik ook niet vind dat de eerste vraag naar de artsen wat betreft euthanasie is: voer jij euthanasie uit of niet? Wat de artsen betreft lijkt me de eerste vraag: neem jij het lijden van mensen ernstig? Misschien dat voor een gelovige die denkt aan euthanasie omdat hij of zij erg lijdt - of beter: voordat hij of zij ernstig lijdt - een belangrijke vraag kan zijn: wat betekent het voor mij dat er in onze maatschappij andere mensen zijn die ernstig lijden maar niet eens over de capaciteit beschikken om euthanasie te vragen, zoals personen met een aangeboren mentale handicap? Ik tik het met enige schroom. Gewoon een uitnodiging om te proberen te denken vanuit verbondenheid met de arme. Ik heb ergens de intuïtie, maar ook niet meer dan dat, dat daarin kracht ontdekt kan worden. Die intuïtie lijkt me overigens te schuilen in de zaligsprekingen van de Bergrede. Het lijkt natuurlijk wel redelijk hoog, bergrede-lijk hoog, gegrepen.

maandag 12 mei 2008

Een nieuw begin

Pinksteren is dat moment waarop mensen na een rouwproces terug in beweging komen. Er komt beweging in de tong: ze spreken terug nadat ze met stomheid geslagen waren. Er komt beweging in de gelaatsspieren: ze beginnen weer te glimlachen. Het is de beweging waarin iemand zich van binnenuit, juist vanuit het rouwproces, gedreven voelt om ‘er’ iets aan te doen, van binnenuit, vrijwillig – zoals veel vrijwilligers op onze palliatieve dienst. In een andere taal noemt men dat: zich gezonden voelen. Kan heel gezond zijn.

Toch zijn het ook reële stemmen, van buitenuit, die ons kunnen aanzetten in beweging te komen. Anderen hebben mij bijvoorbeeld ertoe aangezet via deze blog regelmatig een gedachte de wereld in te sturen. Hopelijk een soms aanstekelijke, ‘desmettelijke’ gedachte. Gehoor geven een voorstel van anderen noemt men gehoor-zaamheid in een andere taal.

Pinksteren, moment van een nieuwe beweging, is dus een goed moment om deze blog te starten. Iets de-blokkeert, de-bloggeert.