zaterdag 14 augustus 2010

Maria-Tenhemelopneming: echt iets typisch katholiek. Radio Causerie zondag 15 augustus na nieuws van 20 uur

Eigen aan het katholicisme is dat het over vele middelen beschikt om het geloof te uiten en te voeden. Naast de grote Maria-verering zijn er duizenden lokale of wereldwijd erkende heiligen en zaligen, en de vele bedevaartsoorden aan hen toegewijd. Katholieke culturen vieren graag, en nemen er verlofdagen voor. Zo ook hebben de sacramenten traditioneel steeds een grote rol gespeeld: eucharistie, biecht, doopsel, vormsel, huwelijk of priesterwijding, en ziekenzalving markeren het katholiek lieven. Ik zou aan dat lijstje van typisch katholieke geloofsmiddelen nog haar sterke kerkstructuur willen toevoegen: een structuur in parochies en bisdommen met een ganse kerkelijke hiërarchie tot en met de paus, en dan heb ik nog niets gezegd over de indrukwekkende architectuur van vaak rijkelijk aangeklede katholieke kerken, basilieken, kapellen enzovoort die letterlijk ruimte willen scheppen voor wat meer is. Het zijn allemaal middelen die bedoeld zijn om het geloof in Jezus Christus’ Geest concreet gestalte te geven en mensen tot meer geloof, hoop en liefde te brengen. Vermiddeling is typisch aan het katholiek geloof, en een rijkdom.

Toch zie ik niet weinigen hun wenkbrauwen fronsen. Maria, de heiligen, de sacramenten, de kerkelijke hiërarchie, de barokke kerken: zijn al die typisch katholieke kenmerken voor veel moderne gelovigen niet evenveel stenen des aanstoots geworden? En waren ze vijf eeuwen geleden al niet aanleiding tot het protest dat uitgroeide tot het protestantisme dat al deze zaken ofwel afschafte of sterk versoberde? Inderdaad: Maria kan een soort godin worden of een religieuze tranquilizer om mensen zoet te houden; de nis waarin ze gestoken wordt kan een soort ‘gevangen-nis’ of aseptische stolp worden; heiligen kunnen leiden tot puur bijgeloof, om te zwijgen van de commercie en de aflaten; sacramenten kunnen leeg en formeel worden; de kerkelijke hiërarchie kan vooral machts- en controle-instituut worden. Helaas zijn al die dingen ook gebeurd. Dus: weggooien maar ?

Het is zoals met cadeautjes. Baalt u ook wel eens van de huidige cadeautjescultuur waardoor we in materialisme blijven steken en een geschenk niet meer de uitdrukking is van de relatie tussen de gever en de ontvanger? Kinderen en volwassenen staren zich blind op het cadeautje en vergeten dat het verwijst naar de gever en naar de reden voor het feest: ik vind jouw eerste communie, vormsel, jouw verjaardag of huwelijk echt belangrijk. Moeten we omwille van die jammerlijke cadeautjesscheefgroei ze dan maar afschaffen? Natuurlijk niet. Maria, de heiligen, de sacramenten, ja de kerkelijke structuur, het zijn als geschenken: we kunnen er blijven in steken, ze kunnen een doel op zich worden, het worden soms vergiftigde geschenken, zeker - en daaraan moet de kritiek van de protestantse medechristenen ons blijven herinneren - maar goed gedoseerd blijven ze interessante middelen, wegen naar God. Ontvangen we dan even het geschenk van Maria Tenhemelopneming.

In 1950 verklaarde Pius XII tot dogma dat Maria ‘met lichaam en ziel’ is opgenomen ten hemel, daar waar dit voor de andere stervelingen pas op het einde van de tijden komt. Het prefatiegebed van 15 augustus luidt: ‘Terecht hebt Gij haar het bederf van de dood niet laten zien omdat zij op wonderbare wijze de Moeder is geworden van uw Zoon, de gever van alle leven.’ Daar fronsen de wenkbrauwen alweer. Is dat niet overdreven? Hoe weet men dat toch allemaal? Was dit dogma geen statement tegen hen die vanuit bewondering voor de menselijke rede het geloof in het wonder bestrijden? In die discussie wil ik even niet blijven steken. De onwerelds klinkende Tenhemelopneming verwijst voor mij naar heel menselijke aspecten van onze relatie met God en het diepere in ons leven. Menschlich, allzu menschlich?

In Maria komt de affectieve weg naar het diepere aan bod. Vlamingen spreken van Onze Lieve Vrouw, affectiever dan het meer afstandelijke Notre Dame. Die affectie drukt iets uit van de intuïtie: er moet toch wel iets bijzonders zijn met het lichaam dat Onze, jawel Lieve Heer gedragen heeft. We kennen toch de aandacht voor de jeugd, de ouders, de afkomst van hedendaagse grote figuren: zo is men de roots van Barack Obama gaan opsporen, of lees je over de vader van de tweevoetige Spaanse steraanvaller David Villa die mijnwerker was en een betere toekomst wilde voor zijn zoon die hij dwong te ‘sjotten’ met zijn linkerbeen toen zijn goede rechterbeen in een gips zat. Dus ook aandacht voor de schoot die Jezus van Nazaret droeg.

Maria is ook een weg naar de vrouwelijke helft van het mensengeslacht, maar even goed naar de al te vaak ondergewaardeerde vrouwelijke helft van onze hersenen. De meer intuïtieve, creatieve, passieve, vrouwelijke helft komt in Maria in evenwicht met de rationele, ordenende, ingrijpende, mannelijke helft van ons brein. Daarom spreken we op dit feest eigenlijk niet van hemelvaart, wat meer mannelijk en actief klinkt, maar van een ‘tenhemelopneming’, een meer passief gebeuren.

In Maria ten slotte worden eenvoud en soberheid bij wijze van spreken ‘op-gehemeld’. Ik denk aan mijn ouders die getrouwd zijn op een 14° augustus. We vieren jaarlijks dat heuglijk feit op dit mariaal hoogfeest. Enkele jaren geleden deden we dat met een eucharistieviering in de ruime garage van ons ouderlijk huis, gelegen nog wel op een Onze-lieve-Vrouwmarkt. Een viering in onze garage: plaats van bescheidenheid, van meer fietsen dan auto’s, van rommel en een obscuur zoldertje, van een werkbank. Dat is dat alles terecht ophemelen.

Door nu en dan de kerk in een warme bain Marie te laten baden kunnen intuïtie, vrouwelijkheid, en gezonde eenvoud meer vloeien in onze wereld.

zondag 8 augustus 2010

Geestelijke Oefeningen: fascinerend! En ook de muziek

Ik ben al een week terug van een week begeleiding van Geestelijke Oefeningen, en dat lijkt alweer redelijk ver weg na vijf intense werkdagen in het ziekenhuis, enkele feestjes en de voorbereiding van powerpoints voor Québec. Toch houd ik de herinnering aan een fascinerende week Geestelijke Oefeningen. Dat is toch het woord dat ik wil gebruiken voor wat gebeurt tijdens die ondertussen bijna vijf eeuwen oude methode voor mensen die in het spoor van Jezus hun leven willen verdiepen en meer zicht willen krijgen op belangrijke keuzes.

Je biedt een kader: een twintigtal mensen die allen individueel de oefeningen doen en in principe enkel praten met hun begeleider; stilte dus, ook tijdens de maaltijden; alleen en toch samen, als mensen die dichter bij het centrum van hun wezen komen en daardoor ook dichter bij elkaar (net zoals twee punten op twee spaken van een wiel ook dichter bij elkaar komen als ze zich dichter naar de as toe bewegen, naar datgene 'waarrond het draait'; je biedt wat structuur in de dag: een korte ochtendwijding, een eucharistie 's middags, een avondwijding. En tussenin: drie of vier meditaties, zo lang als past voor deze individuele persoon, meestal met een bijbeltekst. En een keer per dag heb je een uur om met een begeleider te spreken over hoe je kan mediteren, en vooral over wat er dan gebeurt.

Als begeleider kan je alleen vaststellen: 'het werkt'. Je ziet mensen een stuk geheeld worden van diepe kwetsuren, je merkt hoe ze meer bij hun ware zelf komen, je hoort hoe ze meer zicht krijgen op de vragen die ze zich voordien stelden - ze gaan iets 'onderscheiden' in de wirwar van motivaties en obstakels - en hoe er tot je verbazing een antwoord komt op de verlangens die ze uiten in het gebed, zij het steeds op een andere, soms zo onverwachte manier dat je het niet dadelijk doorhebt. Je hoort dat alles, maar je ziet het ook aan de lichaamstaal, aan zich verdiepende stilte, aan meer eenvoud, aan in beweging komen, aan troostrijke tranen, aan een stralend gezicht.

Het geeft me het verlangen om over die ervaringen waarvan ik in de loop van de jaren mocht getuige zijn bij anderen, maar zeker ook bij mezelf,te schrijven. Tot nu toe heb ik vooral gepubliceerd ivm spiritualiteit in het dagelijks leven. Hier is iets wat gecentreerd is op de ervaring van een ‘retraite’: tijdelijk trek ik mij terug (re-trahere) uit de wereld om beter te zien hoe ik verder wil in deze wereld.
Misschien kan ik hier ook iets verwerken van mijn ervaring van 6 Loyola-staptochten in Spaans Baskenland en Navarra. Misschien. Si Dieu le veut. Wanneer het gunstige moment zich aandient.

Van gunstige momenten gesproken, gisterenavond mocht ik nog zo iets proeven. Een van de gunstige neveneffecten van die week Geestelijke Oefeningen is dat ik wat meer muziek heb gespeeld. Vooral heb ik het genoegen van het gitaarspel van teruggevonden. Gisterenagvond was ik op een afscheidsfeestje bij Urbain thuis, de verpleegkundige die sinds 1996 in het palliatief supportteam meewerkte. Ik had mijn gitaar bij omdat ik een liedje voor hem geschreven had op de melodie van 'Fifty ways to leave your lover' van Paul Simon. Had ik al gezongen in het ziekenhuis op een ander afscheidsmoment. Maar de hele avond had ik er echt geen zin in en kwam er geen goed moment. Ik ging, al moe, naar huis maar net toen ik wegging vroegen Urbains kinderen en schoonkinderen of ik dat liedje niet wilde zingen. Ik voelde: dit is het moment en er kwam terug energie in mij. De gitaar uit de Mégane, terug naar de tent in de tuin, en dan maar spelen: Fifty ways to leave... your team, Blackbird voor de kleine vijfjarige Merel die er met stralende oogjes bij zat, Summertime want dat is het nu toch, Stairway to heaven want op zo'n moment lijken we toch wat dichter bij de hemel te zijn, Sound of silence want het was zo mooi stil om me heen... Ik genoot van de nachtelijke stilte ondanks twintig mensen om me heen, van de gitaar-, mondtrompet- en nog wat andere klanken die je dan wel zelf verwekt en toch ook weer niet. En dat maakte die avond toch heel anders en veel voller voor mij, en ik denk ook voor de anderen, voor Urbain en heel zijn gezin, voor de andere teamleden en hun partners. Blij dat te mogen mee-maken.